Een kub is een kleine fuik zonder vleugels c.q. schutwant, die wordt opengehouden door hoepels en 2 horizontaal geplaatste stokken, met de inzwemopening aan één van beide uiteinden en minimaal twee inkelingen. De diameter van de grootste hoepel bedraagt voor de Waddenzee maximaal 0,60 meter.
Een korf is een vistuig dat bestaat uit een frame, omkleedt met geknoopt netwerk of ander materiaal en met één of meerdere openingen voorzien van een inkeling. Kubben en korven kunnen afhankelijk van de gewenste vangst worden geaasd. Ze worden vaak in een serie van enkele tientallen tegelijk aan een lijn op de zeebodem verankerd. Aan beide zijden van de lijn moet een drijver worden bevestigd ter markering, aan de vloedzijde is dit een joon (drijver met vlag) en aan de ebzijde een boei (drijvende bal ton of bus), voorzien van het scheepsnummer van de verantwoordelijke visser.
Voor de kubbenvisserij op strandkrab zijn Waddengoudrichtlijnen opgesteld.